
Of je nu kiest voor een spaarrekening, een kasbon of een kwaliteitsvolle obligatie, vastrentend sparen kost geld. Dat komt omdat de inflatie hoger is dan de rente die je krijgt: je lijdt koopkrachtverlies. Dat is het gevolg van de financiële repressie, het monetair beleid dat een centrale bank of overheid voert om de publieke sector te financieren door in te grijpen in de financiële markten. Financiële repressie ontstaat uit een combinatie van systematisch lage tot negatieve rente, geldcreatie door de centrale banken (kwantitatieve versoepeling), stijgende levensduurte (energie, consumptiegoederen), hogere belastingen en bijdragen. Door derving van rente-inkomsten betalen vooral spaarders het gelag.
Meer risico nemen door beredeneerd te beleggen in beursgenoteerde aandelen (ook van bedrijven actief in grondstoffen of in vastgoed) en in aanverwante beleggingsfondsen, biedt een oplossing. Heel wat mensen deinzen hier uit angst voor terug. De onzekerheid en de soms sterk schommelende aandelenkoersen (beweeglijkheid of volatiliteit) schrikken hen af. Ze menen onterecht dat risico niet meetbaar en dus niet beheersbaar is. Ze hebben geen risicotolerantie en kiezen voor absolute veiligheid. Dat is volkomen begrijpelijk. De financiële systeemcrisis van 2008-2009 en de coronacrash van maart 2020 gevolgd door een krachtige remonte, tonen aan dat de beurzen effectief wilde bewegingen kunnen ondergaan. Afwisselend sterk klimmen en scherp dalen. Debet hieraan is vooral de computergedreven handel door robotbeheerders die logische algoritmes implementeren, een louter technische aanpak die geen menselijke intuïtie of tussenkomst vereist.
Jammer genoeg brengt absolute veiligheid absoluut niets op. Kapitaalgarantie en rendement gaan in de huidige context niet samen. Wie een lange termijn beleggingshorizon hanteert en de beleggingen evenwichtig spreidt, kan beursstormen doorstaan en ziet een veel rooskleuriger beeld opdoemen. Beurscrashes doen geenszins afbreuk aan de positieve beurstrend op lange termijn, die in principe de weerspiegeling is van de gestage groei van het bruto binnenlands product. Dat bbp omvat de totale geldwaarde van alle in een land of regio gedurende een jaar geproduceerde en geleverde goederen en diensten. Het is de som van alle economische transacties en daardoor een veel gebruikte maatstaf voor welvaartscreatie. Een stijgend bbp komt tot uiting o.m. in oplopende bedrijfswinsten, een verbeterde koopkracht en lage werkloosheid. Zolang de economie op lange termijn groeit (wat in het Westen al sinds meer dan 200 jaar het geval is), zullen de aandelenmarkten een positieve ontwikkeling laten zien.
Beurskoersen blijven niet aan een constant ritme stijgen. Dat is louter wishful thinking. Beursdalingen horen nu eenmaal bij beleggen. Volatiliteit en het risico op verlies is een prijs die elke belegger moet betalen. Bovendien kunnen ‘zwarte zwanen’ (onverwachte gebeurtenissen zoals de coronacrisis) op elk moment toeslaan. Wie van beurscorrecties niet kan slapen, blijft beter weg van de financiële markten. Bezwijken voor die redeloze angst is op lange termijn niettemin zowat het slechtste wat je kan doen. In paniek aandelen of beleggingsfondsen verkopen al evenzeer. Het komt er als individuele belegger op aan niet toe te geven aan instincten, sentimenten en emoties (‘animal spirits’) die leiden tot irrationeel kuddegedrag. Dat geldt mutatis mutandis ook voor redeloze euforie bij aankopen van effecten in een periode van langdurig stijgende koersen. Niettemin, ‘Never let a good crisis go to waste’ (Winston Churchill). De coronacrisis is opgevangen door een enorme liquiditeitscreatie die de beurzen wereldwijd hoger heeft gestuwd. Heel wat experts hebben de opwaartse trend gemist. Bijna iedereen verwachtte immers een ‘double dip’ of tijdelijke terugkeer naar het dieptepunt. Wat niet is gebeurd. Op de beurzen is er zelfs sprake geweest van een ‘melt-up’, een sterke klim gestuwd door de enorme massa aan liquiditeiten.
We hebben in 2020 de grootste economische krimp wereldwijd gezien sinds de start van de statistieken. Niettemin betekent slecht economisch nieuws niet dat de beurskoersen evenredig zullen dalen. Historisch gezien is het verband tussen de aandelenmarkten en de economie al jaren sterk afgenomen. Vandaag hebben de beurzen en de economie nog weinig direct met elkaar te maken. Daar zijn de centrale banken verantwoordelijk voor met hun 'onorthodoxe' monetair beleid toegepast vanaf de bankencrisis van 2008-2009. Sinds de invoering van de monetaire versoepeling (QE of quantitative easing), is steeds meer geld beschikbaar gesteld en dat vindt al meer dan een decennium massaal de weg naar de beurs. Sterker nog naar Wall Street dan naar de Europese beurzen. Vooral omdat de U.S. Federal Reserve behoorlijk meer extra liquiditeiten in het systeem heeft geïnjecteerd dan de Europese Centrale Bank.
Op de huidige coronacrisis hebben de centrale banken wereldwijd nog veel sneller en krachtiger gereageerd dan op de bankencrisis. Ook de overheden zijn vol aan de bak gegaan met gigantische fiscale stimuleringsplannen. Een tsunami aan geld is toegestroomd waardoor het beursherstel op korte termijn is vooruitgelopen op de economische realiteit. De rente moet nog jaren extreem laag tot negatief blijven zodat overheden en bedrijven zich zo goedkoop mogelijk kunnen blijven financieren. Dat zal ook het geval zijn en maakt de keuze voor aandelen haast vanzelfsprekend. Eens te meer zal de spaarder en niet de aandeelhouder de crisis betalen.
The Shiller Cyclically-Adjusted Price-Earnings Ratio since 1881 (Robert J. Shiller data)
Source: Stock market data used in ‘Irrational Exuberance’, Princeton University Press, 2000, 2005, 2015, updated Robert J. Shiller.
Hoe zich gedragen als belegger? ‘De beurs is een middel om geld te transfereren van wie ongeduldig is naar wie geduldig is’ (Warren Buffett). Beleggen is geen sprint, maar een marathon. Beleggers die daartoe de moed en uiteraard de middelen hebben, herstellen het snelste van een diepgaande beurscorrectie of marktcrash door consequent, op geregelde tijdstippen en gespreid, bij te kopen. Het is niet omdat de prijs van kwaliteitsaandelen is gedaald dat ook de intrinsieke waarde ervan is verminderd.
In de categorie ‘kwaliteit’ vallen aandelen van bedrijven geleid door een vooruitziend management en met solide fundamenten zoals een stevige balans, uitzicht op zekere cashflows op langere termijn, een evenwichtige schuldratio, de nodige financiële buffers en een consequente dividendpolitiek. De waarde van een aandeel omvat de geactualiseerde waarde van de winst in alle toekomstige kwartalen. Een of twee slechte kwartalen zullen geen al te sterke negatieve invloed hebben op de waarde van een kwaliteitsaandeel, vooral omdat de actuele waarde van de toekomstige kwartalen toeneemt naarmate de rentes laag zijn. De dividenden compenseren voor de inflatie. Een stijging van de langetermijnrente is in principe slecht nieuws voor de aandelenmarkten, omdat ze de actuele waarde van toekomstige winsten drukt en obligaties aantrekkelijker maakt. Voor wie de lange termijn voor ogen houdt, blijven aandelen niettemin het meeste potentieel bieden. Een gecontroleerd stijgende rente in een periode van relance is eerder een gezond signaal van een aantrekkende economie. De belegger die in 2031 terugkijkt naar zijn investeringen van vandaag, zal zich niet afvragen of de beurs in 2021 te duur was.
Kwaliteit, duurzaamheid, innovatie, solvabiliteit en rentabiliteit blijven tot de kernwaarden behoren van een evenwichtig gespreide aandelenportefeuille die koersschommelingen kan doorstaan. Zeker in woelige beurstijden gekenmerkt door irrationele paniekreacties, is dat zonder meer een vereiste. Belangrijk daarbij is om binnen de macro-economische context en verwachtingen bedrijven te selecteren uit toekomstgerichte sectoren, die inspelen op langetermijntrends in de samenleving: technologische innovatie, digitalisering, automatisering, robotisering, artificiële intelligentie, internet of things (IoT), smart cities, e-commerce, film- en muziekstreaming, cloudcomputing, telewerk (remote workforce), cyberveiligheid, videoconferenties, videogaming, biotechnologie en farmaceutica (life sciences), vergrijzing, duurzame energie, groene infrastructuur.
Time is your friend; impulse is your enemy (Jack Bogle)
Bron: Thomson Reuters Datastream, ING Investment Management, VUVB.
Een wereld met een negatieve reële rente (nominale rente min inflatie) is een wereld met andere richtsnoeren dan die in de handboeken, met andere regels dan we gewoon zijn. In die omgeving kunnen reële activa als aandelen en vastgoed, die positieve inkomstenstromen genereren, het bijzonder goed doen. Een renteverhoging zal er pas komen als de economie terug op volle toeren draait. Ook goud behoort tot de reële activa, net zoals kunst en wijn, maar hier gaat het louter om potentiële meerwaarde, niet om regelmatige inkomsten. De instroom alleen al in aandelenfondsen is in de eerste helft 2021 gestegen naar een recordhoogte van 580 miljard US dollar. Dat blijkt uit cijfers van Bank of America en dataleverancier EPFR (Informa Financial Intelligence). Strategen van Bank of America schatten dat als het tempo van de instroom de rest van het jaar op hetzelfde niveau blijft, aandelenfondsen in 2021 meer geld zullen opnemen dan in de voorgaande 20 jaar samen.
Albert Einstein noemde samengestelde interest het achtste wereldwonder. Het betekent dat de interest op een hoofdsom in een bepaalde periode in de volgende periode samen met die hoofdsom wordt herbelegd om meer interest te accumuleren. De accumulatie van rijkdom die voortvloeit uit dit fenomeen is niet lineair (dezelfde hoeveelheid interest na elke periode) maar exponentieel (een grotere interest na elke periode). Deze exponentiële accumulatie speelt in het voordeel van beleggers die hier gebruik van maken en op die manier hun koopkracht het best beschermen in de tijd.
Vuistregels
Het levenscyclusmodel
Bron: Michaël Van Droogenbroeck en Ewald Pironet ‘Investeren in de tweede helft van je leven’, Lannoo 15/09/20.
Aan verstandig beleggen en de bokkensprongen van de financiële markten zijn al heel wat theoretische beschouwingen gewijd. Er zijn een paar vuistregels die je best nooit uit het oog verliest. Cruciaal is je beleggingshorizon. Voor aandelen en dito beleggingsfondsen bedraagt die bij voorkeur 10 jaar. Dat is geen statisch gegeven. Je kan die termijn onderverdelen naargelang je levensfases en je concrete doelstellingen, prioriteiten en perspectieven. Je risicobereidheid die daarmee gepaard gaat, is dus afhankelijk van je persoonlijke dynamiek. Kies je voor collectief beleggen, dan kan je genieten van schaalvoordelen en een ruime waaier aan beleggingsmogelijkheden. Daardoor elimineer je zoveel mogelijk het specifieke risico eigen aan het individuele effect (aandeel, obligatie, certificaat) en moet je enkel rekening houden met het systematische risico eigen aan de markt (bèta in vaktermen).
Essentieel is diversificatie, spreiding van je beleggingen over diverse bedrijfssectoren, regio’s, soorten effecten, maar ook in beleggingsthema’s en in beleggingsstijlen. Verlies de kwaliteitsanalyse en de opportuniteit niet uit het oog. Het heeft geen zin in om het even wat op om het even welk tijdstip te investeren. Dat vergroot enkel je risico in plaats van het te verminderen. Eveneens belangrijk in je aanpak is decorrelatie, het beperken van de onderlinge afhankelijkheid van je beleggingen. Het vergt wat gedegen huiswerk om de portefeuilles van beleggingsfondsen en holdings daarop na te vlooien. De website van het gereputeerde onafhankelijke researchbureau Morningstar kan daarbij van nut zijn (www.morningstar.be), samen uiteraard met de essentiële beleggersinformatie beschikbaar gesteld door de fondspromotoren en de periodieke verslaggeving van de holdings.
In de spreiding is het aanbevolen ook te differentiëren in beleggingsstijl. De beleggingsfilosofie vormt samen met het beleggingsproces het raamwerk voor een beleggingsfonds of holding. Op basis daarvan ontstaat de beleggingsstijl, een bepalende factor voor het karakter en uiteindelijk ook de prestaties. Keuze te over in beleggingsstijlen: waarde of groei, grote, middelgrote of kleine marktkapitalisaties, bottom-up of top down, macro-economisch of momentum gedreven, marktconform, tegendraads, eigenzinnig, best-in-class of evidence-based (gefundeerd op recente wetenschappelijke inzichten), risicovol of risicobeperkend. Een beheerder kan daarbij diverse beleggingsmethodes hanteren, bv. kern-satelliet of factorbeleggen. Hoog op de agenda vandaag staat maatschappelijk verantwoord of duurzaam beleggen. Dat vertaalt zich in het label ESG (environmental, social and corporate governance). De toekenning daarvan impliceert dat de beheerders van het beleggingsvehikel in kwestie bij de selectie van ondernemingen en activiteiten in portefeuille, niet enkel rekening houden met de gebruikelijke financiële criteria, maar ook met relevante milieu-, maatschappelijke en/of ethische aspecten. Andere courante termen zijn socially responsible of sustainable investing.
In het huidige beursklimaat is het aangewezen een portefeuille stapsgewijs op te bouwen en niet overhaast te werk te gaan. Geduld, volharding en incasseringsvermogen lonen. Gebruik in geen geval geleend geld. Periodiek beleggen kan succesvol zijn voor wie een lange termijn voor ogen heeft en de discipline aan de dag legt om op een vast tijdstip steeds ongeveer hetzelfde bedrag in te leggen. Markttiming is nu eenmaal een onmogelijke opgave. Om het neerwaarts risico in te dijken kan je een stoplossorder aan je financiële instelling doorgeven, een opdracht tot verkoop van een aandeel of fonds als de koers een opgegeven onderste limiet heeft bereikt. Je kan anderzijds voor jezelf ook een take profit-percentage bepalen, het niveau waarop je het aandeel of fonds verkoopt om winst te nemen, iets wat vooral interessant is voor traders die op korte termijn opereren.
Beide opstellingen hebben het voordeel van rechtlijnigheid in het controleren van marktfluctuaties, maar het nadeel van geen rekening te houden met onderliggende intrinsieke waarde, lange termijn potentieel of verwachte marktevolutie. Dit kan leiden tot een opportuniteitskost, de optelsom van de gemiste rebound of return van het bestaande aandeel of fonds met de kosten voor verkoop, respectievelijk aankoop van het alternatieve aandeel of fonds. Een particuliere belegger heeft nu eenmaal niet de alertheid en de reactietools van de professional. Beurscorrecties kunnen aantrekkelijke opportuniteiten bieden om de aandelenposities te versterken. Door de lage discontovoet zijn aandelen nu de facto meer waard dan voor de coronacrisis. Bedenk daarbij wel dat zelfs een kleine stijging van de langetermijnrente onmiddellijk druk zet op de langetermijnactiva, de aandelen die een groot stuk van hun winsten ver in de toekomst hebben zitten en die hun cashflow de komende jaren nog moeten verdienen. Beleggers herrekenen die verhoopte cashflow naar vandaag. Een stijgende rente zorgt ervoor dat de toekomstige winsten verdisconteerd worden tegen een hogere discontovoet. Concreet gaat het hier om bedrijven in de sectoren technologie en biotechnologie. De ervaring leert dat het beste instapmoment voor bodemvissers vaak samenvalt met het moment waarop de onzekerheid het grootst is.
Kwantitatieve versoepeling heeft niet geleid tot een sterke inflatie van de consumptieprijzen (ondanks een tijdelijke felle opstoot), ze heeft geleid tot een lagere rente met meer kredietverlening en activaprijsinflatie tot gevolg, een enorme prijsstijging van financiële en reële activa. De lage rentes stimuleren de groeiwaarden waaronder de technologieaandelen (cashrijk, hoge omzet en stevige winsttoename) want de huidige waarde van hun toekomstige winsten is aanzienlijk door het gebruik van erg lage verdisconteringspercentages (zie supra). We zitten midden in een technologische revolutie, die nog versnelt en ongekende mogelijkheden biedt. Zo kan de elektrificatie van het wagenpark kansen bieden voor de grondstoffenmarkt. De recente Chinese economische statistieken tonen dan weer aan dat het land in een expansiefase zit, die weliswaar niet rechtlijnig verloopt. Gezien het belang van de op één na grootste mondiale economie heeft dat impact op Azië en de rest van de wereld. Naast de Chinese beurzen kunnen ook de Japanse interessant zijn, zoals de investering vorig jaar van superbelegger Warren Buffett aantoont. We benadrukken dat een kwaliteitsvolle mix van groei- en waarde-aandelen in een complexe, niet-lineaire marktomgeving de interessantste vooruitzichten biedt voor succes binnen een langetermijnbeleggingshorizon van minimum 7 à 10 jaar.
Technologieaandelen in de brede zin zijn de grote winnaars van de lockdownmaatregelen om de covid-19 pandemie te bestrijden, want zij profiteren van telewerk, vrijetijdsbesteding thuis en online winkelen. De waarden die gevoeliger zijn voor de economische cyclus, hebben vorig jaar rake klappen gekregen, maar zijn deel van de relance eens de pandemie meer en meer onder controle raakt. Omwille van de wijdverspreide deltavariant van sars-CoV-2 gebeurt dat vooralsnog sputterend. De vooruitzichten voor 2021 blijven niettemin positief. Wereldwijd zijn 173 teams betrokken bij onderzoek en ontwikkeling van vaccins tegen het coronavirus. De eerste vaccins zijn al beschikbaar gesteld einde 2020. De economie zal naar verwachting blijven genieten van de indrukwekkende monetaire en budgettaire stimuli die veel omvangrijker zijn dan die in de periode 2008-2010. De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) verwacht in haar Economic Outlook van mei 2021 groeicijfers in 2021 van 9,9% voor India; 8,5% voor China; 7,2% voor het Verenigd Koninkrijk; 6,9% voor de Verenigde Staten; 6,1% voor Canada; 4,3% voor de Eurozone (waarvan Frankrijk 5,8% en Duitsland 3,3%) en 2,6% voor Japan. Deze prognoses sluiten aan bij de cijfers die het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in de World Economic Outlook van april 2021 heeft vooropgesteld, al zijn die laatste beduidend hoger voor India (12,5%) en lager voor het Verenigd Koninkrijk (5,3%) en Canada (5,0%).
Nu de Verenigde Staten onder president Joe Biden opnieuw zijn toegetreden tot het Klimaatakkoord van Parijs en de Europese Unie haar Green Deal (het plan om Europa tegen 2050 klimaatneutraal te maken) heeft aangevuld met haar Fit for 55-pakket (een 55% netto uitstootvermindering van broeikasgassen in 2030 tegenover het niveau van 1990), staat de sector van de clean energy, de schone en hernieuwbare (groene) energie), weer volop in de belangstelling. Ook hier dienen zich nog steeds kansen aan. In het algemeen toont de wereldeconomie zich wendbaar. Het herstel in de tweede jaarhelft zou wel eens krachtiger kunnen zijn dan verwacht. Op de inmiddels sterk gestegen beurzen hebben we te maken met normale, tijdelijke correcties en niet met een trendommekeer. Er is niets verkeerd met winstnemingen. Voor de alerte belegger biedt dergelijke situatie goede instapmomenten om de aandelenposities aan te vullen.
Het resultatenseizoen 2021 toont aan dat een meerderheid van de bedrijven de consensusschattingen heeft overtroffen. In Europa bedraagt het percentage positieve verrassingen 68%, het hoogste niveau in minstens tien jaar. Ook in de VS is dat percentage hoog. Bovendien is de omvang van de verrassingen erg positief, met 12% en 18% in respectievelijk Europa en de VS. Tot nu toe hebben de aandelen de stijging van de langetermijnrentes goed verdragen. Voor de banksector is een steilere rentecurve zelfs goed nieuws. Hetzelfde geldt voor de cyclische waarden, waaronder de grondstoffen die onder impuls van een Chinese groeispurt aanvankelijk geklommen zijn, maar dan weer teruggevallen, o.m. omdat China in juni krachtig is tussengekomen om de prijsrally in basismetalen af te remmen. Onder de grondstoffen ressorteren de industriële metalen (o.m. uranium, rodium, ijzererts, koper, zink, nikkel, tin, aluminium, kobalt, lithium, zilver, palladium), de zeldzame aardmetalen, de landbouwproducten, de fossiele brandstoffen zoals petroleum, aardgas en steenkool.
De eventuele stijging van de langetermijnrentes mag niet te snel gaan. De hoge waarderingen van bepaalde sectoren, met name de technologiesector, rechtvaardigen zich immers door extreem lage langetermijnrentes, en dat kan tot onrust leiden. De consumptie- en grondstoffenprijzen klimmen naarmate de economie dichter bij haar limieten draait. Maar zover zijn we nog niet. De huidige inflatieverwachtingen situeren zich nog onder het langetermijngemiddelde. In de vergelijking met andere activaklassen blijven aandelen actueel nog steeds goedkoper dan investment grade staats- en bedrijfsobligaties (ratings Aaa, Aa, A en Baa bij Moody’s en de ratings AAA, AA, A en BBB bij Standard & Poor’s). Voor aandelen blijven twee acroniemen geldig: TINA (there is no alternative) en TINROG (there is no rotation out of growth, specifiek de gevestigde Amerikaanse marktleiders in technologie).
Een cyclus om in dit kader nauwgezet te volgen is de VIX-cyclus. Die meet de frequentie en omvang van prijsbewegingen van financiële instrumenten in een bepaalde periode, kortom de volatiliteit. VIX is het ticker-symbool en de populaire naam voor de Chicago Board Options Exchange (CBOE) Volatility Index, een maatstaf voor de verwachte volatiliteit van de S&P 500 indexopties. Hoe sterker de bewegingen van de VIX-cyclus, hoe hoger de gerealiseerde (historische) of verwachte volatiliteit (implied volatility). Die laatste valt af te lezen uit de koersen van de opties, waarvan het één van de belangrijkste variabelen is bij hun prijsvorming. De VIX-index, ook wel angstbarometer genoemd, is dan ook de dominante index om de verwachte volatiliteit, de beweeglijkheid, van de aandelenmarkten weer te geven. Sterk aantrekkende groeiverwachtingen en royale monetaire en fiscale stimuli zijn factoren die de angstbarometer in bedwang kunnen houden en daarmee uitnodigen om meer risicovolle beleggingen in portefeuille op te nemen. Zelden is het verschil tussen de verwachte volatiliteit (VVIX) en de gerealiseerde volatiliteit (VIX) zo groot geweest als nu.
Financiële markten - de langetermijnhorizon loont - de S&P 500 index sinds 1926
Tot 31/12/2020 - bepaalde opeenvolgende jaartallen hebben dezelfde kleur
Bron: Yale University
Vanuit een educatief standpunt wil NEOREKA je helpen oordeelkundig en georganiseerd met de beurzen om te gaan. We hebben op basis van onze kennis en expertise vrijblijvend drie selectielijsten samengesteld, die je kunnen inspireren bij het nemen van beleggingsbeslissingen:
- Beursgenoteerde beleggingsfondsen (exchange traded funds of indextrackers).
- Actief beheerde beleggingsfondsen (met bewezen trackrecord).
- Beursgenoteerde holdings (met zowel beursgenoteerde als private equity participaties).
Criteria bij de keuzes zijn: de marktomstandigheden, de consistentie in de tijd van het actief beheer, de portefeuillesamenstelling en haar inherente dynamiek, de beleggingsfocus, de risicomaatstaven, de duurzaamheid van de rendementen en eventuele dividenden, de reactie op marktturbulenties, de flexibiliteit van de activawisseling en de kapitaalbuffers van de fondshuizen of holdings.
De selectielijsten hebben een louter informatieve opzet. Ze weerspiegelen de visie van NEOREKA. We passen ze in principe (maar niet noodzakelijk) aan per kwartaal, tenzij een ‘zwarte zwaan’ neerstrijkt. Voorwaarden voor het gebruik ervan zijn een lange termijn beleggingshorizon en het consequent toepassen van de hogervermelde principes van diversificatie en decorrelatie. Bedenk wel dat rendementsverwachtingen of resultaten uit het verleden geen garantie bieden voor de toekomst, ze dienen enkel als illustratie. Anticiperende standpunten geven de mening en de toekomstverwachting weer van NEOREKA. De feitelijke ontwikkelingen en resultaten kunnen aanzienlijk afwijken van die verwachtingen, zowel in positieve als in negatieve zin.
NEOREKA doet noch direct noch indirect een commercieel aanbod van financiële instrumenten. NEOREKA is geen beleggingsonderneming en verleent geen gepersonaliseerd financieel advies van welke aard ook, aan wie dan ook. Daarvoor dien je aan te kloppen bij de financiële instelling van jouw keuze, die samen met jou je individuele beleggersprofiel zal bepalen, waaruit dan voortvloeit welk type beleggingen voor jou geschikt of passend zijn. Dat laatste is een wettelijke verplichting opgelegd door de Europese en Belgische regelgeving (MiFID II). Het spreekt voor zich dat een financiële instelling die een ruim gamma aan beleggingsfondsen en holdings aanbiedt, de voorkeur geniet (open architectuur).
Je beleggersprofiel komt tot stand na het toetsen van je kennis en ervaring, verlangens en behoeften, doelstellingen, financiële draagkracht en risicotolerantie. Je profiel is maatwerk, het definieert het type samenwerking dat je met je financiële instelling of beleggingsonderneming kan overeenkomen en in de praktijk implementeren. De grootste vrijheid van handelen geniet je met het louter laten uitvoeren van jouw orders, in vakjargon ‘execution only’. Je handelt dan zelfstandig op de financiële markten en krijgt hierover geen advies. Dit kan alleen efficiënt via elektronisch bankieren.
De informatie aangereikt door NEOREKA heeft in geen enkel opzicht de intentie aan te zetten tot de aankoop van, inschrijving op, toetreding tot, aanvaarding van, ondertekening van of opening van enig financieel product of enige financiële dienst. Dat alles is voorbehouden aan je financiële instelling of beleggingsonderneming.
De impact van kosten, taksen en belastingen
Het spreekt voor zich dat wanneer je de kosten van toetreding (en eventueel van uitstap) van beleggingsfondsen en hun jaarlijkse beheerkosten kunt verminderen, je rendement hoger zal zijn. Bij sommige online makelaars zoals BinckBank, Keytrade of MeDirect zijn deze kosten soms nihil of verlaagd en/of betaal je slechts een vaste kost per order. Beursgenoteerde indexfondsen of trackers (ETF’s) kennen in principe geen of geringe instap- en uitstapkosten, maar de financiële instelling of beleggingsonderneming die instaat voor de aan- en verkoop rekent steeds een makelaarsloon aan. Bij klassieke financiële instellingen is het soms mogelijk het kostenplaatje te drukken op basis van de goede relatie of wanneer je voor grotere bedragen belegt. Het is dus belangrijk duidelijkheid te verkrijgen over de te betalen kosten, vooraleer een order bij een financiële instelling te plaatsen.
In tegenstelling tot wat populistische politici en dito media graag verkondigen, weegt er een variatie van belastingen op beleggingen: roerende voorheffing op intresten en dividenden (30%), belasting op de meerwaarde van obligatiefondsen of gemengde fondsen (30%), taksen op de beursverrichtingen (1,32% voor transacties in kapitalisatiefondsen; 0,35% voor aandelen en vastgoedcertificaten; 0,12% voor obligaties, distributiefondsen en aandelen van gereglementeerde vastgoedvennootschappen (GVV’s), taks op de premies of bijstortingen van beleggingsverzekeringen (2%). De taksen op de beursverrichtingen (TOB) zijn begrensd. De maximumtaks per transactie bedraagt 1.600 euro voor aandelen, 1.300 euro voor obligaties en 4.000 euro voor fondsen. Er is nog een belasting bijgekomen, een jaarlijkse heffing van 0,15% op effectenrekeningen met een ‘gemiddelde waarde’ van minstens 1 miljoen euro. De wet van 17 februari 2021 houdende de invoering van een jaarlijkse taks op de effectenrekeningen (JTER) is gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 25 februari 2021. Zodra de gemiddelde waarde van de belastbare financiële instrumenten op een effectenrekening meer bedraagt dan 1 miljoen euro tijdens een referentieperiode die start op 1 oktober en eindigt op 30 september van het volgende jaar, is de JTER van 0,15% verschuldigd op de gehele waarde van de effectenrekening.
Historische rendementen houden geen rekening met de kosten, taksen en diverse belastingen die drukken op het kopen en verkopen van roerende waarden, zoals hierboven aangegeven, en op het aanhouden van een effectenrekening. Het cumulatieve rendement na kosten, taksen en belastingen zal dus in de praktijk hoe dan ook lager uitvallen dan in dit document vermeld.
Binnen de Europese Unie zit België met 35,1% in de top drie voor het totaal van belastingen op roerend vermogen, samen met Frankrijk (54,2%) en Denemarken (41,9%) - cijfers 2019. Ook voor belastingen op onroerend vermogen staan we in de top drie samen met (alweer) Frankrijk en Griekenland. België puurt hoge opbrengsten uit de erfbelasting (successierechten) evenals uit het verkooprecht bij vastgoedaankopen (registratierechten). Daar dienen de ontvangsten bijgeteld uit de schenkbelasting en de onroerende voorheffing. Voor de volledigheid stippen we aan dat België met 51,5% de wereldrecordhouder is van de ontwikkelde landen inzake lasten op arbeid voor een alleenstaande (inkomstenbelastingen en sociale zekerheidsbijdragen samen, cijfers 2020), gevolgd door Duitsland (49,0%) en Oostenrijk (47,3%). Zie ‘Taxation Trends in the European Union - 2021 Edition’, gepubliceerd op 24 juni 2021, en het OESO-rapport ‘Taxing wages 2021’, gepubliceerd op 29 april 2021.
INCOME TAX PLUS EMPLOYEE AND EMPLOYER SOCIAL SECURITY CONTRIBUTIONS LESS CASH BENEFITS, 2020
De Europese Commissie berekent in haar belastingrapport de impliciete belastingvoet op kapitaal. Die rekenmethode dient om de belastingdruk op arbeid te vergelijken met die op consumptie en op kapitaal. Zo duidt die impliciete belastingvoet op arbeid de verhouding aan tussen alle inkomsten uit belastingen op arbeid (inclusief sociale bijdragen) en de belastbare basis, namelijk alle vormen van inkomen uit arbeid. Dat geeft een indicatie van de totale belastingdruk op inkomen uit arbeid.
Voor kapitaal is de berekening lastiger, maar ook daarover heeft de Europese Commissie cijfers. Die tonen aan dat in België de impliciete belastingvoet op kapitaal is gestegen van 28,4% in 2010 naar 35,1% in 2019, terwijl de impliciete belastingdruk op arbeid is afgenomen. Die bedroeg 40,4% in 2019 tegenover 42,9% in 2010. Sinds 2010 is de belastingdruk op kapitaal dus met 6,7 procentpunten toegenomen. In dezelfde periode zakte de belastingdruk op arbeid met 2,5 procentpunten. De cijfers ontkrachten de mythe dat inkomens uit kapitaal of vermogen weinig of zelfs niet worden belast, meer zelfs dat België buitengewoon fiscaal vriendelijk zou zijn voor kapitaalbezitters.
We leggen er de nadruk op dat de NV FRD in het kader van het NEOREKA-initiatief noch rechtstreeks, noch onrechtstreeks enige vergoeding van welke aard ook ontvangt van een financiële instelling, beleggingsonderneming, beleggingsfondspromotor of enig ander geciteerd bedrijf. NEOREKA opereert met open vizier, in alle onafhankelijkheid en neutraliteit.
Realia
NEOREKA® is een gedeponeerd handelsmerk van Financial Research and Development (FRD) NV, Steenwagenstraat 48 te 1820 Melsbroek, België, tel. 32-2-245 80 85, btw BE 0437.136.438.
De NV FRD is in 1989 opgericht als researchbureau voor professionele financiële tussenpersonen en institutionele beleggers. De vennoten en bestuurders, Marc Peeters en Mark Scholliers, beschikken over een jarenlange ervaring in marktonderzoek van financiële producten, macro-economische analyse, detectie van beurstrends en sectorrotatie, naast de identificatie van performante beleggingsfondsen c.q. holdings en de bijbehorende risicoweging.
We herhalen dat we uit informatieve en educatieve overwegingen graag kennis, ervaring en inzicht vrijblijvend willen delen, maar ons niet inlaten met enige vorm van individueel portefeuillebeheer annex risicoprofilering, gerichte vragen daarover kunnen we niet beantwoorden.
Het is niet mogelijk met NEOREKA in dialoog te treden over de hogervermelde selectielijsten, noch via correspondentie, noch telefonisch. Het staat de bezoeker van de NEOREKA-website volkomen vrij de aangeleverde informatie naar eigen goeddunken te gebruiken en in voorkomend geval voor te leggen aan de financiële instelling van zijn of haar keuze.
© FRD NV. Augustus 2021. Alle rechten voorbehouden.
Waarschuwing en belangrijke juridische informatie. Het copyright van dit document berust bij FRD NV (FRD), eigenaar van het merk NEOREKA en van de NEOREKA website. Het document is met de meeste zorg samengesteld, maar FRD geeft geen garantie op volledigheid en correctheid. FRD aanvaardt dan ook geen enkele aansprakelijkheid zowel tegenover de gebruiker van dit document als tegenover iedere derde voor eventuele onjuistheden, fouten of vergissingen van welke aard ook. De waarde van beleggingen kan fluctueren en wordt beïnvloed door veranderingen in een groot aantal factoren. De rendementsverwachtingen of in het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst, maar fungeren louter als illustratie. Dit document houdt geen enkele contractuele verbintenis in, dient alleen ter informatie en verleent aldus geen rechten.